Willemijn Boink over mbo-certificaten: ‘De leeropbrengst valt of staat met de juiste inzet van de docent’

Net als vele anderen was Willemijn Boink sceptisch over het online opleiden via mbo-certificaten in de zorg. Maar na onderzoek en het trainen van drie groepen via de Nationale Zorgklas is haar mening compleet veranderd: ‘Dit is wat de arbeidsmarkt nodig heeft.' Lees hier ons gesprek met Willemijn, docent bij OPPstap Zorg en Welzijn, over haar ervaringen met de mbo-certificaten.

Willemijn Boink is programmamanager en docent bij OPPstap Zorg en Welzijn. Willemijn werkte voor haar overstap naar OPPstap meer dan 20 jaar in de gehandicaptenzorg.
Willemijn, hoe ben je bij OPPstap terecht gekomen?
‘Na twintig jaar in de gehadicaptenzorg gewerkt te hebben, besloot ik net voor de uitbraak van Corona om ontslag te nemen. De rek was eruit en ik was toe aan een nieuwe uitdaging. Via-via kwam ik terecht bij OPPstap en zo is mijn loopbaan als docent gestart.'
Je begon toen gelijk met de Nationale Zorgklas mbo-certificaten?
‘Aan het eind van mijn docentenopleiding raakte ik betrokken bij een onderzoek naar de leertrajecten van de Nationale Zorgklas. We analyseerden de effecten van de flexibele opleidingen en concludeerden dat deze vorm van scholing veel potentie had. Vervolgens heb ik zelf drie groepen van de Nationale Zorgklas getraind en opgeleid, voor de online training, het mbo-certificaat Individuele Zorg Verlenen niveau 3 en het mbo-certificaat Individuele Ondersteuning in de Maatschappelijke Zorg niveau 3.'
Hoe ervaarde je deze vorm van opleiden?
‘Ik betrapte mijzelf erop dat ik er vrij veroordelend in stapte. De bekende vooroordelen van, ‘dit kan toch niet in zo’n korte tijd’, ‘het is allemaal online’, die twijfels had ik ook wel. Maar uiteindelijk brachten met name het blended learning en werkplek leren mij het inzicht dat dit echt is wat de arbeidsmarkt nodig heeft. Het gaat er namelijk niet om dat wij perfect afgestudeerde studenten afleveren. Wij moeten de markt van beginnend beroepsoefenaren voorzien die de zorg in stappen en vanuit daar verder leren en zich doorontwikkelen.'
'Ik betrapte mijzelf erop dat ik er vrij veroordelend in stapte'
Welke inzichten gaven het werkplek leren en blended learning jou precies?
‘Het is compleet anders dan regulier onderwijs. Je bent als docent niet constant aan het zenden maar hebt meer een faciliterende rol. Studenten moeten zelf op zoek gaan naar antwoorden en met elkaar samenwerken. En uiteindelijk leren ze daar het meeste van. Dat vind ik echt heel mooi aan deze vorm van opleiden.'
En hoe reageren de studenten?
‘Het is vaak wel wennen voor de studenten, daarom is de rol van de docent cruciaal. Je moet goed je weg kennen op het leerplatform, en de lessen uiteraard voorbereiden met betrekking tot het lesmateriaal, maar ook nadenken over hoe je iedereen online geëngageerd houdt. Als docent moet je zelfverzekerd voor de online klas staan en de studenten vanaf het begin af aan eigenaar van hun leerproces maken.'
Hoe zorg jij ervoor dat je jouw studenten online betrokken houdt?
‘Ik vind mijn begeleidingsrol heel belangrijk en daar investeer ik dan ook veel tijd in. Hoe modereer ik het platform, hoe plan ik mijn tijd goed in met een groep die ik in verhouding heel weinig zie? Hoe blijf ik actief op het platform om studenten te stimuleren, en zodat ze elkaar blijven aanspreken? Dit probeer ik bijvoorbeeld aan te moedigen door af en toe een kennisvraag te plaatsen op het platform. Ik baken tijd af in mijn dag om op het platform te werken en de online interactie actief te houden.'
'Als docent moet je zelfverzekerd voor de online klas staan en de studenten vanaf het begin af aan eigenaar van hun leerproces maken'
Wat heeft je het meest verrast aan het opleiden in samenwerking met de Nationale Zorgklas?
‘De leeropbrengst. Dat het slagingspercentage (momenteel 98%) zo hoog is vind ik niet gek, het zit gewoon goed in elkaar. Maar dit valt of staat wel met de juiste inzet van de docent. Ongeacht dat er weerstand is en er twijfel bestaat, kan ik alleen maar tot de conclusie komen dat de opleidingen de gewenste resultaten leveren. Studenten kunnen na afronding van een mbo-certificaat gewoon doorstromen naar de VIG, dat is geen enkel probleem.'
Dus wat jou betreft dient er in de toekomst ruimte te blijven voor het opleiden via mbo-certifcaten?
‘Ja, zeker weten. Bij OPPstap zijn hier in de afgelopen jaren grote stappen in gezet en focussen we veel op de mogelijkheden van flexibel opleiden. Wij pleiten voor de uitbreiding van de mbo-certificaten. Want we kunnen dit nog veel verder trekken. En om de arbeidskrapte die op ons afkomt op te kunnen vangen, moeten we nu aan de slag. Anders redden we het gewoon niet.'